Spelregels Goudkoorts

Koningsspelen-Nijverdal-201417

  1. Er wordt 5 – 5 gespeeld, je mag wel doorwisselen
  2. De bedoeling is om als groep 10 goudklompen (tennisballetjes) om de beurt via een doorgeefsysteem van buizen aan elkaar door te geven
  3. De vijf spelers die beginnen gaan in de eerste 5 hoepels staan.
  4. Elke speler heeft een buis of gootje in de hand
  5. Op teken van de scheidsrechter mag je het 1e balletje pakken en in de buis/goot leggen
  6. Door middel van doorgeven aan elkaar moet je proberen het gouden balletje in de kluis te krijgen. Lukt dit, dan snel terug en volgende gouden balletje pakken
  7. Je mag niet lopen tijdens het doorgeven, alleen vanuit de hoepel doorgeven aan elkaar. Wanneer je het balletje hebt doorgegeven, snel naar de eerstvolgende vrije hoepel lopen, om zo de overkant te kunnen halen.
  8. De spelers mogen alleen maar de buizen aanraken en tijdens het spel niet de bal
  9. Wordt het balletje aangeraakt of valt die op de grond, dan begin je overnieuw. Welk team heeft het eerste alle balletjes aan de overkant.
  10. In de puntentelling is elk balletje aan de overkant een punt, dit geldt voor beide partijen.

 

Filmpje: