3 Honkenspel

  1. Er zijn 2 teams, tikkers en lopers
  2. Er staan 4 tikkers in het veld en er zijn steeds 2 lopers actief
  3. De 2 lopers staan bij start en gooien de bal met een stuit rustig in het veld
  4. Bij het ingooien van de bal, geldt de regel dat de bal in het vak gepakt moet kunnen worden en er dus niet uit mag rollen
  5. Daarna lopen de lopers naar de honken en begint het spel
  6. Er zijn 3 honken die gebruikt mogen worden
  7. De lopers moeten door middel van samenwerking proberen honken te halen
  8. De lopers mogen willekeurig lopen en mogen dus ook steeds van een honk af en weer terug lopen
  9. De tikkers moeten de bal pakken en daarna door middel van samenwerking proberen één van beide lopers af te tikken (met bal in de hand)
  10. Wordt er één loper getikt, dan zijn beide lopers af.
  11. Je mag lopen met de bal
  12. Als de lopers samen 8 honken hebben gehaald, hebben ze 1 punt behaald voor hun team.
  13. Hebben de tikkers een loper afgetikt, dan hebben ze 1 punt behaald voor hun team.
  14. De tikkers mogen niet in de looplijn van de lopers gaan staan en lopers niet tegenhouden
  15. Wanneer de bal buiten het veld komt (maakt niet uit of het lopen dan al bezig is), dan is het spel even dood, dan wordt de bal weer opgehaald en start het spel weer op teken van scheidsrechter
  16. Halverwege de tijd moet er worden gewisseld van functie